zaterdag 28 maart 2020

lia harkes


Vanmorgen zouden we geland zijn ...

Vanmorgen zou ik teruggekomen zijn van een weekje New York. Die waanzinnige, overvolle wereldstad die altijd bruist. Dan zou ik nu wat katterig zijn van de terugvlucht omdat ik maar een paar uur geslapen had.

atelier Lia Harkes met nieuwe doeken
We zouden in het Washington Square Hotel geslapen hebben. Het is ons favoriete hotel waar we vaker geweest zijn. Onze zoon woont met zijn gezin in Pittsburgh PA en onze verplichte overstap gebruiken we dan voor een paar dagen in NYC. Maar nu zouden we een hele week gaan en hadden een kamer met uitzicht op het plein geboekt, want, zeiden we, je zal toch een paar dagen ziek zijn en dan tegen zo’n blinde muur moeten kijken!
We zouden naar het Moma gaan en ons verbazen over de nieuwe inrichting van de collectie. De bekende topstukken geconfronteerd met werk uit de niet-westerse culturen. Zouden ze overtuigen? Gaan we nu meer zien in de werken die we tot nu toe voorbij gingen en onuitgesproken bestempelden als goedbedoelde of niet-voor-mij-bedoelde kunst.
Van tevoren hadden we ons voorgenomen niet naar Macy’s te gaan. Maar we raakten er toch in verzeild en een lange middag verbaasden we ons over het waanzinnige winkeloppervlak met eigenlijk weinig bijzonders. Alleen de overdadige avondkleding is echt Amerikaans: voor de eindexamenfeesten gekoppeld aan de eerste date moeten de meisjes zich mooi verpakt aanbieden.
Met enige aarzeling zouden we naar het Guggenheim gegaan zijn voor de expositie van Rem Koolhaas over het platteland. Een studie van zijn stedenbouwkundig bureau OMA over de ontwikkeling van het platteland. Wat moet dat in een museum? We zouden veel teksten zien en diagrammen. Het bijbehorende boek telt meer dan 500 bladzijden. Is de naam van Koolhaas voldoende om publiek te trekken? Of is de inrichting mooi?
Of doet dit Kunstmuseum wat kunst en kunstenaars moeten doen: appelleren, aandacht vragen, waarschuwen? Aandacht voor de inrichting van het platteland. Moeten we dat overlaten aan natuurbaarden en de altijd ontevreden boeren? Of moeten wij als gewone burgers ook eens nadenken wat we willen met het platteland? Volbouwen met bungalows of distributiedozen? Het is in dit Corona-tijdperk wel erg prettig als je op korte afstand met de fiets de open ruimte kan bereiken.
In New York zouden we een wandeling over de high-line maken. We zouden aan het eind de splinternieuwe Vessel beklimmen, de Shed bekijken (een cultuurcentrum waar het dak kan rijden) en de Hudson Yards bezoeken (winkelcentrum voor superrijken).
We zouden naar Cafe Wha! gaan, waar een R&B band optreedt. We zouden sushi’s eten in Brooklyn. We zouden het hotelbed uitproberen.

Maar een maand geleden belde onze zoon. Hij belt nooit, dus het was erg. “Jullie moeten niet naar New York komen. Trump ontkent alles, maar de corona uitbrak is daar al flink gevorderd, gevaarlijk zelfs. “ Jullie snappen toch dat als het heftig wordt de ziekenhuizen met de leus ”America first” jullie in het gangetje leggen zonder beademing. 
En toen hebben we alles afgezegd. Ik heb een voorraad schildersdoeken besteld bij Artel en ga noest werken op het atelier.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten